Een rijk land. Dat zijn we nog steeds. Tenminste, op papier. Meer dan 1,2 miljoen miljonairs, 8,4 procent van de volwassen bevolking. Daarmee doen we het beter dan de Fransen, beter dan de Duitsers – zelfs veel beter dan de Italianen, maar dat is geen prestatie natuurlijk. En toch: als je beter kijkt, zie je dat het verhaal van de rijke Nederlander begint te rafelen aan de randen.
Land dat 8,4% miljonairs telt
Minder miljonairs? Jawel.
Volgens de nieuwe Global Wealth Report 2024 van UBS is Nederland een van de weinige landen wereldwijd waar het aantal miljonairs de komende jaren gewoon daalt. Niet stagneert, niet stabiliseert – daalt. Tegenover ons: 52 andere onderzochte landen die allemaal groei verwachten. Taiwan +47%, Zuid-Korea +27%, Mexico +24%. Wij? –4,2%.
Verwacht wordt dat we in 2028 uitkomen op zo’n 1.179.328 miljonairs. Da’s nog steeds veel, maar minder dan nu. En wat zegt dat eigenlijk over ons land?
Gemiddeld rijk, maar mediane misère
Het gemiddelde vermogen per volwassene ligt op $361.759. Dat klinkt als een boel geld. Maar kijk je naar de mediaan, dus wat de gemiddelde Nederlander écht heeft, dan blijft er ineens maar $116.948 over. Bam. Een verschil van bijna $245.000. De top drijft het gemiddelde omhoog, terwijl de rest nauwelijks meetelt.
Wat je dan krijgt, is een land met een mooie façade. Strakke gevels, glanzende grafieken, maar binnen begint de boel langzaam af te bladderen. Alsof je denkt dat je een Porsche huurt, maar hij blijkt van binnen naar rook te stinken en alleen achteruit te kunnen.
Hoe komt dat eigenlijk?
Goede vraag. UBS noemt vier redenen. Niet schokkend, maar wel pijnlijk logisch.
- We zijn gewoon een beetje… sloom.
Sinds 2008 groeide het vermogen per Nederlander met 41%. Dat is het laagste groeipercentage van alle onderzochte regio’s. In Azië-Pacific was dat +122%. Zelfs de Amerikanen deden +110%. Je kan het rustig traag noemen. - We beleggen niet. Tenminste: niet zelf.
In landen waar mensen zelf beleggen in aandelen, is het vermogen hard gegroeid. De MSCI All Country World Index steeg vorig jaar met 22,8%. Maar Nederlanders? Die stoppen hun geld liever in pensioenen – collectieve stelsels die buiten de vermogensdefinitie vallen. Dus die tellen niet mee. Lekker dan. - De euro kreeg klappen.
Vermogen wordt gemeten in Amerikaanse dollars. En als de euro minder waard wordt ten opzichte van de dollar (en dat gebeurde dus), dan lijken wij allemaal ineens een stuk minder rijk. Zelfs als we zelf niks verkeerd doen. - Ons belastingklimaat is niet bepaald miljonair-vriendelijk.
Sparen? Wordt belast. Beleggen? Ook. De beruchte box 3-heffing rekent met een fictief rendement, waardoor je belasting betaalt over geld dat je soms helemaal niet verdient. Daar komt bij: de hypotheekrenteaftrek is uitgekleed, woningverhuur zwaarder gereguleerd. Investeren voelt eerder als een straf dan als een kans.
Alles bij elkaar: een rijk land op zijn retour?
Nou ja, misschien. Nederland staat nog steeds in de top als het gaat om gemiddeld vermogen. Maar onze echte groeikracht lijkt verdwenen. Het voelt een beetje als een land dat ooit kampioen was, en nog steeds in het tenue loopt, maar inmiddels alleen nog oefent tegen Andorra.
Er is weinig nieuw geld. Jongeren krijgen moeilijk voet aan de grond – koop maar eens een huis onder de 4 ton, succes. Start-ups komen moeilijk aan kapitaal. Het rendement op spaargeld is nauwelijks noemenswaardig. En ondertussen gaat een groot deel van het bestaande vermogen de komende jaren horizontaal – van oudere partner naar oudere partner – en pas daarna verticaal, naar de kinderen. Tegen die tijd zijn die kinderen al 58.
Wat zegt dit over ons?
Misschien dat we rijk zijn, maar ongemakkelijk rijk. Niet het soort rijkdom waar je je beter van voelt. Eerder een rijkdom die verdeelt dan verbindt. Die zich concentreert in postcodegebieden waar de bakker de taal van zijn klanten niet meer spreekt omdat ze alles online bestellen.
Wat mist, is toekomst. Groei. Energie. Beweging.
Als we niet oppassen, blijven we achter als een rijk, gepolijst land – met schitterende huizen, mooie statistieken en uitstekende koffie – dat langzaam zijn betekenis verliest. We houden van onze welvaart, maar doen opvallend weinig om haar door te geven.