De inflatie in Nederland is in oktober 2025 uitgekomen op 3,1 procent, tegen 3,3 procent in september. Deze lichte daling is goed nieuws voor consumenten: de prijsdruk neemt iets af. Toch betekent dit niet dat prijzen overal dalen — het is eerder het tempo van stijging dat afzwakt. Wat valt op in de cijfers en wat kun je als consument merken?

Alles op een rijtje
Waarom daalt de inflatie?
Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) komt de daling vooral doordat de prijzen van kleding en gas minder sterk stijgen. Kledingartikelen waren in oktober slechts 0,4 procent duurder dan een jaar eerder, terwijl dit percentage in september nog op 2,7 procent lag. Bij gas bedroeg de stijging in oktober slechts 1,0 procent, tegenover 4,3 procent in september. Verder zagen we dat de prijsontwikkeling van energie (inclusief motorbrandstoffen) uitkwam op ongeveer +2,1 procent op jaarbasis — aanzienlijk lager dan de +4,0 procent een maand eerder.
Eén kanttekening wel: hoewel de groei van prijzen vertraagt, blijven veel kostenposten stijgen — zoals diensten en woonlasten — dus het effect is voelbaar, maar geen spectaculaire omslag.
Waar krijgen we het effect terug?
Kleding, schoenen en mode
Een opvallend onderdeel: kleding en schoenen dragen nauwelijks meer bij aan de inflatie. In oktober was de bijdrage slechts 0,02 procentpunt, tegenover 0,14 procentpunt in september. Dat betekent dat de prijsstijging van kleding sterk is afgezwakt — vaak door uitverkoop, mode-seizoenwisselingen en forse kortingen. Voor consumenten dus een duidelijk voordeel: shoppen is iets minder pijnlijk voor de portemonnee.

Lees ook:
Energie en gas
Een andere belangrijke trigger is de verzachting van energieprijzen. Gas steeg slechts 1,0 procent ten opzichte van een jaar eerder — waar vorig jaar nog opgejaagd werd door hoge tarieven en oorlogseffecten. Dit is direct merkbaar voor huishoudens, zeker nu het najaar begint en de verwarming vaker aan gaat. Minder stijging betekent echter niet dat de prijs is gezakt; de kost blijft hoog, maar de groei is omlaag bijgesteld.
Diensten en overige kosten
Tegelijkertijd stijgen diensten (zoals horeca, verzekering, persoonlijke zorg) nog steeds relatief hard. In oktober kwamen de dienstenprijzen uit op circa 4,5 procent stijging op jaarbasis. Dat remt het totale effect; namelijk, vaste lasten als abonnementen, zorgpremie of huur stijgen vaak door.
Wat betekent dit voor jouw portemonnee?
- Kledingtips: Is de herfst- en wintergarderobe nodig? Dan is dit een goed moment om te profiteren van kortingen die medewerkers inzetten — de prijsdruk op kleding neemt af.
- Energiekosten in de gaten houden: De prijsgroei van gas is flink lager, maar het blijft verstandig om te letten op je verbruik — isolatie en verstandige verwarmingskeuzes helpen alsnog.
- Vaste lasten controleren: Ook al is de algemene inflatie omlaag, diensten en vaste lasten stijgen harder. Controleer je abonnementen, verzekeringen of onderhoudskosten: zijn ze nog marktconform?
- Sparen en loonontwikkeling: Een inflatie van 3,1 procent betekent dat je geld ongeveer 3 procent in koopkracht verliest als er geen tegenreactie komt. Laat je loon of spaarrente dus meebewegen waar mogelijk.
Wat nu?
Hoewel de inflatie daalt, is er geen reden voor euforie. Het betekent niet dat alles goedkoper wordt — het betekent dat stijgingen iets minder scherp zijn. En juist in een periode met hogere energievraag, seizoenwisselingen en onzekerheden in de wereldmarkt blijven prijsschokken mogelijk. De centrale bank (European Central Bank) streeft naar een inflatie rond de 2 procent, dus 3,1 procent is nog steeds bovengemiddeld.
Voor consumenten biedt de situatie wél kansen: slimmer shoppen, kritisch naar vaste lasten kijken en besparen waar mogelijk.

FAQ
1. Betekent een inflatie van 3,1 procent dat prijzen zijn gedaald?
Nee — een inflatiecijfer van 3,1 procent betekent dat de prijzen gemiddeld 3,1 procent hoger zijn dan een jaar geleden. Het tempo van stijging is iets vertraagd, maar de prijsniveaus liggen nog steeds boven vorig jaar.
2. Waarom wordt kleding en gas speciaal genoemd?
Omdat de prijsstijgingen in die categorieën aanzienlijk zijn afgezwakt. Kleding steeg slechts 0,4 procent op jaarbasis in oktober, en gas maar 1,0 procent — beide fors lager dan in de maanden ervoor.
3. Is dit structureel of tijdelijk?
Het is moeilijk te zeggen. De afname in stijgingsdruk — vooral bij energie — kan deels te maken hebben met marktomstandigheden (zoals lagere gasprijzen) of seizoenseffecten (zoals mode-uitverkoop). Voor structurele verlaging van de inflatie zullen meerdere factoren samenkomen.
4. Hoe zit het met de Europese vergelijking?
Volgens de geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) bleef de inflatie in Nederland in oktober op ongeveer 3,0 procent — gelijk aan een maand eerder. In de eurozone lag het gemiddelde iets lager.
5. Wat kunnen consumenten doen?
– Check je vaste lasten en abonnementen: zijn er goedkopere alternatieven?
– Profiteer waar mogelijk van kortingen, zeker bij kleding.
– Let op je energieverbruik — vooral in het najaar wanneer de verwarming vaker aan staat.
– Zorg dat je spaarrente of loonontwikkeling meegaat met de inflatie, zodat je koopkracht niet onnodig afneemt.