Hoe een AI-chatbot stilaan meer woorden produceert dan wij allemaal samen
Het klinkt bijna absurd: een machine die ons, mensen, inhaalt in de hoeveelheid gesprekken die dagelijks gevoerd worden. Toch is dat precies wat Sam Altman, CEO van OpenAI, onlangs voorspelde tijdens een persdiner in San Francisco. Volgens Wired zei hij: “Als je onze groei doortrekt, zullen er binnenkort miljarden mensen per dag met ChatGPT praten.” En, misschien nog gewaagder: “ChatGPT is op koers om meer gesprekken te voeren dan alle mensen samen.”
Je zou denken dat dit grootspraak is, een beetje Silicon Valley bravoure. Maar wie de cijfers en de snelheid van adoptie bekijkt, beseft dat Altman misschien wel dichter bij de waarheid zit dan ons lief is.
Sam Altman voorspelt
Een ongemakkelijk moment: GPT-5 en zijn koele ontvangst
De timing van zijn uitspraak is opvallend. Terwijl Altman vol enthousiasme naar de toekomst kijkt, was de recente lancering van GPT-5 op z’n zachtst gezegd wat stroef. Gebruikers klaagden dat het nieuwe model minder empathisch en vooral wat “afstandelijk” aanvoelde. Alsof je ineens een collega hebt die wel alle antwoorden weet, maar geen moeite doet om vriendelijk te zijn.
Het contrast met de geliefde GPT-4o, die bekend stond om zijn meer warme en natuurlijke toon, was groot genoeg om een kleine rel te veroorzaken. OpenAI besloot daarom tijdelijk GPT-4o opnieuw beschikbaar te maken, zoals ook Axios meldde. Een opmerkelijke zet voor een bedrijf dat normaal gesproken vooruit wil, koste wat het kost.
En tóch – alsof hij immuun is voor de kritiek – bleef Altman rustig vasthouden aan zijn visie: een toekomst waarin miljarden mensen dagelijks in gesprek zijn met een digitale assistent. Misschien was dit wel een bewuste strategie: de storm laten razen, maar ondertussen het kompas strak gericht houden.
AI als dagelijkse gesprekspartner
Wat Altman zegt, klinkt futuristisch, maar misschien is het minder ver weg dan je denkt. Denk aan hoe snel de smartphone onze levens overnam. Twintig jaar geleden leek het ondenkbaar dat we de hele dag op een scherm zouden turen. Nu voelen we ons na vijf minuten zonder telefoon alsof we in de oertijd zijn beland.
ChatGPT, en AI in bredere zin, lijkt een vergelijkbare curve te volgen. Steeds meer bedrijven integreren het in hun workflows, scholieren gebruiken het stiekem voor huiswerk, en zelfs grootouders ontdekken hoe handig het is om een ingewikkelde brief door ChatGPT te laten herschrijven.
Het beeld dat Altman schetst – een AI die meer woorden produceert dan alle mensen samen – klinkt dus niet alleen bombastisch, maar ook onvermijdelijk.
De prijs van ambitie: biljoeneninvesteringen
Maar laten we eerlijk zijn: die schaal komt niet vanzelf. OpenAI staat voor gigantische uitdagingen. De rekenkracht die nodig is om miljarden dagelijkse interacties te faciliteren, is astronomisch. Altman zelf gaf volgens Axios toe dat er biljoenen dollars aan infrastructuur nodig zullen zijn.
Een anekdote uit de sector: een cloud-engineer vertelde me ooit dat een enkel groot AI-model al evenveel energie kan verbruiken als een kleine stad. En dat is nog vóór de massale uitrol. Je voelt meteen de spanning: hoe groot kan iets groeien voordat het letterlijk tegen fysieke of economische grenzen aanloopt?
Toch lijkt OpenAI die strijd aan te gaan. Het bedrijf balanceert op een dun koord tussen innovatie en winstgevendheid. Ja, de inference (het draaien van de modellen) levert geld op. Maar de training van giganten als GPT-5? Dat blijft een financieel hoofdpijndossier, zo benadrukt ook Axios.
Wat betekent dit voor ons, mensen?
De vraag die onder de oppervlakte sluimert: wat zegt dit over ons?
Wordt onze communicatie er rijker op, nu we altijd een AI bij de hand hebben die ons helpt met schrijven, praten, vertalen of simpelweg een luisterend oor biedt? Of verarmen onze gesprekken, omdat we steeds minder tegen elkaar zeggen en meer tegen een algoritme?
Het is een ongemakkelijke gedachte. Want stel je voor: over tien jaar kijken we terug en realiseren we ons dat de meeste woorden die in 2035 werden uitgesproken… helemaal niet door mensen kwamen. Het klinkt als sciencefiction, maar het scenario ligt op tafel.
Altman, de visionair én de gokker

Sam Altman is een figuur die bewondering en scepsis oproept. Voor sommigen is hij de visionair die de toekomst helder ziet. Voor anderen is hij een gokker, iemand die bereid is alles in te zetten op een idee dat misschien wel te groot is om werkelijkheid te worden.
Wat je ook van hem vindt, één ding is zeker: hij begrijpt de kunst van het verhaal vertellen. De uitspraak dat ChatGPT “meer gesprekken zal voeren dan de mensheid” is niet alleen een voorspelling, het is ook een strategie. Het zet OpenAI neer als het middelpunt van een onvermijdelijke toekomst.
De race naar woorden
We leven in een tijd waarin woorden – ooit zo menselijk, zo intiem – langzaam gedeeld eigendom worden van machines. Altman gokt erop dat we dit niet alleen accepteren, maar omarmen. En misschien, als je ziet hoe snel we onze telefoons, apps en digitale assistenten hebben omhelsd, heeft hij een punt.
Maar ergens wringt het. Want hoeveel van ons willen écht dat de meeste gesprekken in de wereld straks door een AI worden gevoerd? En wat zegt dat over onszelf?
Misschien is het antwoord simpel: de mens blijft praten, maar de machine praat gewoon meer.
FAQ – Sam Altman & ChatGPT
1. Wat bedoelde Sam Altman met zijn uitspraak?
Altman bedoelt dat ChatGPT, gezien de snelle groei in gebruik, op termijn meer gesprekken zal voeren dan alle mensen samen.
2. Waarom kreeg GPT-5 kritiek?
Veel gebruikers vonden het nieuwe model te koel en minder behulpzaam in de manier waarop het communiceerde.
3. Waarom investeert OpenAI zoveel geld?
De schaal van ChatGPT vraagt enorme rekenkracht en infrastructuur. OpenAI verwacht dat biljoenen dollars nodig zijn om dit mogelijk te maken.
4. Is dit goed of slecht voor menselijke communicatie?
Dat is onderwerp van discussie. Sommigen zien AI als een verrijking, anderen vrezen dat menselijke interactie oppervlakkiger wordt.
5. Zal ChatGPT écht meer woorden produceren dan mensen?
Dat is speculatief, maar gezien de groei in gebruikers en gesprekken is het niet ondenkbaar.